"Er zijn weinig Nederlandstalige schrijvers die zo goed hun verhalen kunnen vertellen." Stephen King Fanclub

Pat Metheny in concert

Theo Barkel

Pat Metheny is een jazz gitarist die er op de één of andere manier al jaren in slaagt om aan mijn muzikale aandacht te ontsnappen. En toch timmert hij al heel lang aan de weg. De teller staat momenteel namelijk op 53 cd’s! Geen geringe prestatie. Zijn muzikale interesse werd op jonge leeftijd gewekt door de Beatles, toen hij ze als tienjarige jongen in de jaren 60 op zag treden op TV. Hij komt uit een muzikale familie, en omdat de meeste familieleden een blaasinstrument bespeelden, kreeg hij een trompet van zijn vader. Miles Davis moest er aan te pas komen om hem te doen ontdekken dat jazz en de gitaar zijn voorkeur hadden. Hierin lijkt hij dan ook op ex-Beatle Paul McCartney, die eveneens een trompet kreeg voor zijn verjaardag, maar aan zijn vader vroeg of hij hem in mocht ruilen voor een gitaar.

Hier houdt de vergelijking echter meteen op, want hij is muzikaal een andere kant op gegaan. Als je Metheny live hoort, zijn naast jazz de folk invloeden niet te missen. Daarnaast moeten we de hit die hij met David Bowie had  (This is not America) niet vergeten natuurlijk. Niet verbazend dat ik erg benieuwd was naar het concert dat Metheny dat hij naar aanleiding van zijn nieuwste CD MoonDial, in het Muziekgebouw Eindhoven gaf.

Het geluid in het MGE is altijd van een hoge kwaliteit. Daarnaast valt het op dat ze, zeker met het jaarlijkse festival So What’s Next, uitblinken door een goede programmering. Een festival waar niet alleen de betere jazz liefhebber aan zijn trekken komt, maar ook soul en elektronische muziekliefhebbers zich vermaken. Het enige nadeel dat ik aan de zalen kan vinden, is de gebrekkige beenruimte. Als je een paar uur in een zaal zit en je benen niet eens fatsoenlijk kwijt kunt (ik ben 1.92), is dit op zijn zachts gezegd oncomfortabel.

Het concert. 

Metheny trad alleen op en opende puur akoestisch. Een rustige en weinig imponerende opener. Voor de twee opvolgende nummers gold eigenlijk hetzelfde. Als muzikant zal je hier misschien anders tegenaan kijken dan je als gewone fan doet. Met de oren van een gitarist luisterend naar wat Metheny speelde, was de eerste gedachte die door mijn hoofd schoot, “dit kan ik ook”. Gedurende het concert begon ik me ook af te vragen of mijn oren misschien te verwend waren in de loop der jaren door gitaristen als Jan Akkerman en Harry Sacksioni.

Na enkele instrument wisselingen werd het concert interessanter, zeker omdat we het hier hebben over unieke handgemaakte instrumenten die gebouwd zijn aan de hand van Metheny’s ideeën. Qua spel zelf kon ik mijn mening echter niet bijstellen, en dat was eerlijk gezegd een teleurstelling. Dieptepunt naar mijn gevoel was een stuk dat puur uit akkoorden bestond en ik zelf zou spelen om mijn vingers wat op te warmen, maar niet in een concert past. Nadat Pat Metheny zelf duidelijk wat opgewarmd was en er meer pit in het het geheel kwam, maakte hij gebruik van het effectenpedaal om een compleet verrassende klank uit zijn akoestische gitaar te halen. Ook hier weer grotendeels akkoordenwerk maar nu met veel distortion, naar mijn smaak teveel en soms zo scherp dat het pijn deed aan de oren. Klapstuk van de avond kwam, zoals het hoort, tegen het einde van het concert. Gebruik makend van op standaards geplaatste gitaren en een bijzondere ritmesectie, speelde hij eerst een baslijn in over de ritmesectie, waarna twee akoestische gitaren voor een akkoordenlijn zorgde, zodat hij uiteindelijk een solo over het geheel kon spelen.

Knap? Misschien wel, maar dit is grotendeels een kwestie van goede timing. Daarnaast zorgde de ritmesectie voor een chaotisch klanktapijt. Een combinatie van belletjes, triangels enz legde een geluidsmuur neer die eigenlijk teveel was. De opmerking van Pat Metheny zelf was hierin wel tekenend. ‘Zitten er muzikanten in de zaal?’ vroeg hij halverwege het concert. Toen er heel wat armen omhoog gingen, kwam de verrassende conclusie: ‘Dat dacht ik al, want muzikanten klappen nooit.’

Dat is dan eigenlijk weer geen verrassing, want als je zelf muzikant bent, zeker als je zelf gitaar speelt in dit geval, dan kan je alleen maar vaststellen dat het niet zo bijzonder was.

© Copyright - Theo Barkel